We spreken met Edwin Markhorst, directeur en eigenaar van het gelijknamige elektrotechnisch installatiebureau in Eersel en omstreken. De geschiedenis van dit familiebedrijf leest als een roman. In 1983 door zijn vader opgericht als eenmansbedrijf, kreeg Edwin zijn passie voor het vak van elektromonteur als het ware met de paplepel ingegoten. Ondanks tegenslagen is het bedrijf elke keer veerkrachtig gebleken en is het uitgegroeid tot een sterk merk waarbij het voor de ruim 50 medewerkers ‘voelt’ alsof zij zelf onderdeel zijn van de familie Markhorst.
Wat maakt Markhorst een sterk merk?
We geloven in een multidisciplinaire aanpak van iedere e-installatie. Van woonhuis tot complexe utiliteitsgebouwen, hoe groot of klein ook, er schuiven altijd verschillende specialisten aan. Door voorbij de vraag te kijken, realiseren wij perfect werkende e-installaties. Wij bieden slimme oplossingen op het gebied van elektro, beveiliging, toekomst energie, keuring, service en onderhoud.
Wat kom je in de praktijk tegen als je ‘voorbij de vraag kijkt’?
Als e-installateur kom je bijvoorbeeld tegen dat in het ontwerp van een nieuw gebouw, het moet voldoen aan moderne eisen van een duurzaam gebouw. Denk daarbij aan zonnepanelen, warmtepomp en klimaatinstallaties. Calculators gaan aan het rekenen en daar volgt dan uit welk vermogen de installaties moeten kunnen leveren. Op papier ziet het er goed uit en dus wordt er volgens die specificaties gebouwd. Hoe vaak ik dan niet ben tegengekomen dat energieverbruik in het dagelijkse gebruik veel hoger is dan gedacht! Tja, en dan rijst natuurlijk de vraag: “hoe kan dat?” Als je niet goed kan monitoren wat er precies gebeurt in het gebouw, kom je ook niet achter de oorzaak. In de praktijk kom ik vaker tegen dat er sprake is van onderbemeting. Het is daarom slim om te investeren in sensoren op de goede plekken en deze te koppelen aan een energiemonitoringsoplossing. Ik heb meegemaakt dat een naheffing voor energie zo maar € 70.000,- per jaar kan zijn. Dat had voorkomen worden met een relatief kleine investering. Met energiemonitoring heb je dat heel snel terugverdiend.
Hoe ben je uitgekomen op samenwerking met FourIQ?
Dat is enige jaren geleden ontstaan toen we hier in Eersel voor de e-installatie van de nieuwbouw van Aqualon van Zutphen (AVZ) werden gevraagd. Zelf hebben ze veel ervaring met het installeren van sanitair en voorzieningen van het binnenklimaat en werkten al met de oplosssing van FourIQ. Als eis kreeg ik dus mee dat de elektra, de LED-verlichting en sensoren gekoppeld moesten worden met het platform van FourIQ. Toen heb ik met eigen ogen gezien dat alle installaties samen komen en zichtbaar worden gemaakt in een dashboard. Pas dan is optimalisering van alle installaties écht mogelijk. Het maakt je bewust van verborgen gebreken in de installaties en de verspilling van energie op verkeerde momenten en op verkeerde plekken. Ik werd enthousiast van de samenwerking met FourIQ en sindsdien betrek ik hun oplossing bij meer opdrachten. Dat is onderdeel van onze strategie om multi-disciplinaire samenwerking te benutten voor het beste resultaat.
De problemen met het elektriciteitsnetwerk worden urgent
In een volgend project kwam de vraag naar een oplossing voor energiemonitoring weer terug. Markhorst is ook de ‘elektro-technische huisleverancier’ van de oogkliniek in Eersel: FYEO. Bij FYEO kwam het verzoek vanuit de gemeente om gebruik te gaan maken van een Energieregistratie- en Bewaking Systeem (EBS).
Wij hebben samen met FourIQ een voorstel uitgewerkt voor FYEO. Fase 1 van het project is om een EBS systeem in te richten waarbij de verschillende nutsvoorzieningsaansluitingen samengevoegd worden om op deze manier inzicht te krijgen in het totale energieverbruik van het samengestelde gebouw. Voor nu wordt gekeken naar het totale energieverbruik. Energieverbruik is te verdelen naar energieverbruik voor het gebouw en gebruiker. De richtlijnen voor het EBS en als equivalent voor grotere gebouwen het Energie Monitorings Systeem (EMS) hebben betrekking op het energieverbruik voor het koelen, verwarmen en verlichten van het gebouw. Het energieverbruik van een ooglaser valt hier niet onder. In fase 2 is er de wens om meer inzicht te krijgen in het verbruik per machine of specifieke ruimte.
Naast inzicht in het verbruik en de daarbij behorende prestatie indicatoren wordt in het EBS/EMS ook inzicht gegeven in de piekbelasting (peak shaving). De omvang van de aansluiting op het elektriciteitsnet wordt bepaald door de piekvraag (gecontracteerd vermogen). Door de overgang naar all electric gaat het gecontracteerd vermogen op bedrijventerreinen een probleem worden. Het elektriciteitsnetwerk in Nederland is niet ingericht op de overgang van gas naar ‘all electric’ waarbij ook nog eens allerlei energie opwekkingsoplossingen zoals zonne-, wind- en warmte-energie op bepaalde momenten elektriciteit terug leveren aan het netwerk. Voor bedrijven is het daarom steeds belangrijker om te weten wat momenteel het gecontracteerd vermogen is, wat het vermogen is van de aanwezige trafo, welke ontwikkelingen het bedrijf wenst door te maken en of er nog uitbreidingsmogelijkheden in het lokale elektriciteitsnetwerk aanwezig zijn om over te stappen naar all-electric.
Toekomst energie
Gezien de problematiek met het ‘vol raken’ van het elektriciteitsnetwerk is er een toenemende behoefte aan toekomstbestendige oplossingen. De verandering naar all-electric begint altijd met bewustwording van wat er met de energiehuishouding in het gebouw precies gebeurt. Het begint altijd met goed meten en in kaart brengen van de energiestromen. Het monitoren wordt inzichtelijk gemaakt met een dashboard. In de oplossing van FourIQ is een EBS/EMS ingebouwd en daarmee heb je de tools in handen om effectief en efficiënt te sturen op energie. Markhorst en FourIQ vullen elkaar aan en helpen je graag om het veranderingsproces naar all electric vorm te geven.
Edwin Markhorst
Directeur/Eigenaar bij Markhorst
“Onderbemeting is vaak oorzaak van energieverspilling”